MENU


Geschiedenis De Spatjes

DE REVUEGROEP “DE SPATJES”
EEN BEGRIP OP KORTRIJK-OVERLEIE EN VER DAARBUITEN.


De KAJ – Kortrijk Centrum werd in de maand juni 1932 in een viertal afzonderlijke afdelingen opgesplitst, waaronder de Sint Elooisparochie – Kortrijk. De “patronagezaal” zou meteen de verzamelplaats worden voor de jonge Overleise KAJ.

Pol Verhenne, de plaatselijke voorzitter, keek uit naar een middel om de afdeling financieel staande te houden en de kas met de nodige fondsen te spijzen. Na allerlei voorstellen en gedachtewisseling, doch in gezamenlijk overleg met de vaste leden, Adolf Debo, Albert Debo, August Debo, Jozef Debo, André Dejaegere, André Grymonprez, Robert Desmet, Pieter Lemaitre, Etienne Simoens, André Valcke, Maurice Valcke, Georges Vandenbroucke, Leon Vandenbulcke en Carlos Verhenne, werd besloten een ontspanningsavond voor de ouders en het publiek in te richten. De meest voor de hand liggende titel leek: “De KAJ verzorgt een ouderavond”
De allereerste vertoning had plaats, alhoewel de meningen hierover uiteenlopen, tijdens de maand oktober 1932, met als algemene inkomprijs: 1 frank (€ 0.02).
Tot het jaar 1939, had de ouderavond een vast omlijnd geheel, maar de leden wilden een formule waar de plaatselijke toestanden en ook gebeurtenissen op een pittige, schalkse, soms satirische, doch menselijke manier kon worden verhaald, uitgebeeld en op de “korrel genomen”. Op nauwelijks enkele losse basisaantekeningen van de hand van Pol Verhenne, doch zonder een nauwkeurig uitgewerkte tekst, kon tijdens de bijeenkomsten, meestal onder leiding van André Valcke, duchtig verder worden geïmproviseerd om uiteindelijk tot een degelijk humoristisch kijkstuk uit te groeien.
Pol Verhenne, die ook bevriend was met Antoon Bekaert, Jozef Vanhaverbeke, Georges Vannieuwenborgh, Maurice Lannoy en Willy Driesschaert,bezochten af en toe een of ander Overleise drankgelegenheid en bestelden er ook wel eens een meer helder drankje “ne spa”. Dit groepje jonge mannen noemde zichzelf “De Spatjes”, doch weldra werd deze benaming mondgemeen op Overleie .
Over de vooroorlogse revues zijn de gegevens eerder vaag, dat komt omdat het archief in de bombardementen gebleven is. Maar in de memorie van de pioniers zijn er enige blijven hangen:

  • IP DE FOIRE (eerste revue)
  • IP ‘T BANKSKE
  • SCHINKEL JAN HERLEEFT

Na een drietal goed gelukte opvoeringen die in de smaak vielen van de toeschouwers,  schreef een vriend van Pol Verhenne,  Antoon Bekaert,  een geboren en getogen Overleienaar,  een meer uitgewerkte revuetekst en gebruikte daarvoor de,  door de Overleise inwoners reeds goed bekende naam “De Spatjes” als titel van de revues.
Aldus vloeiden uit zijn vlotte pen,  in het sappig,  zangerig dialect,  allerlei voorbije voorvallen en gebeurtenissen op een koddige wijze ten tonele gevoerd als:

  • DE SPATJES WINNEN DE 5.000.000   
  • DE SPATJES IN CONGÉ-PAYÉ
  • DE SPATJES IN NESTEN
  • DE SPATJES IN DEN TOER DE FRANS
  • DE SPATJES IN DE MOBILISATIE

De KAJ-Spatjes waren niet alleen geboren, maar kregen ook een naam, zijn opgegroeid, hebben kinderziekten, de oorlog, ups en downs, de tijd overleefd maar voeren nog steeds de revues op in het ”Overleis”.
Antoon Bekaert putte zijn inspiratie uit eigen bodem, dicht bij de mensen, uit de mensen, met hun dagelijkse beslommeringen, vreugden, pijnen, feestvieringen en liefhebberijen. Het lag rondom hem, rond de kerktoren, de cafés, de marché couvert, op straat, ja… de citeetjes, “HET PARTJE”.
Het Partje, het kloppend hart van de kleine gemeenschap en de Overleise volkstypes stonden model: de man, de vrouw, de dochter, de zoon, de sjampetter, de barbier, de winkelier, de schoenmaker, de duivenliefhebber, de cafébaas, de werker, de genieter, de “klapper”, de “zwijger”, de filosoof, de paster… ja iedereen die er leefde.
Intussen waren de jonge én oudere Kajotters: Pol, Carlos en André Verhenne, Maurice en André Valcke, Robert en Medard Desmet, Karel Dedeurwaarder, Gilbert Castelein, Wardje Turf, Georges Rubbrecht, André Blomme, Maurice Sandra, Pieter Lemaitre, Marcel Vacquier, Albert Geldhof, Roger Vandenbogaerde, Albert Debo, Maurits Deglorie, Jacques Paulus, Gerard en Werner Defoort, André Kerckhof, Jacques en Jozef Vanherreweghe, Marcel Verhaeghe, Raymond Duyck, Kamiel Gylain en Marcel Vanantwerpen rijper geworden om van de “variété” een volavond revue-programma te maken en voor het voetlicht te brengen.
Carlos Verhenne nam de regie van het gebeuren voor zijn rekening, later enkele keren vervangen door Marcel Verhaeghe (beiden vertolkten nog de rol van een personage). Pieter Lemaitre  zorgde voor de decors en andere benodigdheden, en Leon Vandenbulcke grimeerde en ontwierp de affiches.
De eerste succesvolle periode 1932 – 1939 moest noodgedwongen afgesloten worden met de opvoering “De Spatjes in de mobilisatie”. Vele Spatjes waren onder de wapens geroepen of her opgeroepen. In mei 1940 brak de grote wereldbrand uit met bezetting, lijden, “zwarte markt”, miserie, tot augustus 1944.

Wat zeker dient onderlijnd te worden is het feit dat praktisch vanaf de eerste publieke optredens de ontvangsten, buiten de miniem gehouden uitgaven, integraal werden gebruikt om zieken, behoeftigen en minder validen, van de Sint Elooisparochie een lichtstraaltje van naastenliefde te bezorgen, door middel van een kleine attentie, tussenkomst in reis- en verblijfkosten van Lourdesbedevaarten, enz…
Bijna ononderbroken gedurende al die jaren is het sociale aspect en de diepere bedoeling van de Spatjesclub zo gebleven. De Spatjesclub is niet een toneelvereniging in de letterlijke betekenis van het woord, doch veel meer een sociaal gericht gezelschap, waarvoor alle leden zich liefdevol en zonder enige vergoeding volledig hebben ingezet. De KAJ-Spatjes zijn zo een soort van weldoeners en zeker in de beginperiode, een “beschermingscomité” op Sint Elooi.

Tijdens de oorlog (1940-45) hebben de Spatjes en in het bijzonderlijk André Verhenne, al de moeite van de wereld gehad om de mensen toch “’n pinte ves bloe te keunnen tappen”. Zo konden ze bekomen, dat ze toestemming kregen, van de Duitse Commandeur om verder te spelen maar wel onder de naam “De Kleppers”.
De Kleppers grepen naar de formule van de “ouderavond”. De opvoeringen werden door de bezetter met veel tegenkantingen en onder controle toch toegestaan, omdat deze gepland waren op de herdenking van “Rerum Novarum”. De opbrengsten en andere opgehaalde giften werden gebruikt om aan de “verplicht tewerkgestelde medeburgers in Duitsland” een goed pakje toe te sturen.
De Duitsers wisten zeker dat de Spatjes “hulderen latsten ging pakken” en ’t es zo ook geweest, want na de bevrijding van augustus 1944, werd op Kerstdag 1944 tijdens het Von Runstedt-offensief de fameuze revue voor de eerste keer opvoeren “WIE PAKT ER DE LAATSTEN?”
In 1944 -1945 werd zestien maal “de laatsten gepakt” in Kortrijk en omliggende gemeenten, met een nooit voordien gekende bijval; temeer de bange oorlogsjaren voorbij waren en het volk behoefte had aan een degelijke ontspanning in eigen taal, tragisch en komisch uitgebeeld. Er was een dergelijke grote vraag naar ingangskaarten dat zelfs de gekende “zwarte markt” hier verder floreerde.
Dolfke – Sooike – Juul – Jeroom – Mielke – den agent en 30 uitvoerders hielpen mee  met het pakken van “de laatsten” die in ’t partje was verdwaald.”
Het publiek had de smaak van de Overleise revue te pakken.

Antoon Bekaert, schreef in 1946 “De Spatjes naar San Fransisco” . De eerste doch niet de laatste wereldreis van de spatjes. Ondertussen waren de acteurs, die de oorlog hadden overleefd, getrouwd en hadden veel “kleintjes” gemaakt, dat is de reden waarom de Spatjes 3 jaar hebben gewacht voor er een nieuwe revue is kunnen “groeien”.

De Spatjesclub onderging ook de vernieuwing van de tijd en het niet denkbeeldig gevaar dat de mens boven het hoofd hing. In 1950 spelen ze “De Spatjes en de atoombom” in 1951 gaan ze naar “Korea” en in 1952 naar “Suez” waar ze “Nasser nie noidig oan om te weten dat ’t doa van zelven in die région ging stinken”. 1953: in navolging van “inneweirs” herleven de Spatjes “De Gulden Sporenslag”, met Mete en Ture “d’ontemboare leeuwen van Vloanderen”. In 1954 gaan de spatjes “in Stoakinge”. Het inkomgeld was toen 10 frank (€ 0.24), en we lezen ergens: “10 frank, ’t ê voa niet, milliaard de milliard. De zundag es utverkoch, ge goat dus de zoaterdag moeten kommen, ter goan overoal bassins stoan daje ulder voeten gunter keun wasken”.
1955 was het jaar van “Dien Bien Phoe”. Saorel, Spruutje en Lewie vochten 3 keer tegen de “vliegende schotels” ’t es tenander sedertdien dat ze met spleetogen rondloipen van te vele ris teten”

Ter info: in 1954 -1955 en 1956 gaven de spatjes een gratis bijkomende vertoning in het Stedelijk Hospitaal “tot deugd van de zieken en gezonden”.

De tijd van de grote wereldreizen werd, althans voorlopig, afgesloten.
In 1957 bestonden de spatjes 25 jaar. Het zilveren jubileum werd plechtig gevierd met de revue “Wie pakt er de laatste?”,  ter herinnering aan de in 1944 & 1945, zestien maal opgevoerde
top-vertoningen.


De specialist-auteur Antoon Bekaert, die zoveel prachtige revues had geschreven, samen met de dynamische en doordrijvende regisseur Carlos Verhenne en zijn plaatsvervanger Marcel Verhaeghe, en met vele grondleggers van de KAJ-Spatjes, werden op het stadhuis door de heren Burgemeester en Schepenen ontvangen.
De toenmalige regisseur Marcel Verhaeghe hield er een schone humoristische toespraak en wenste “dat wij over 25 jaar – in ’t goud – opnieuw als één grote Spatjesfamilie, verenigd ten stadhuize mochten samen zijn, en ook aan U, heren Burgemeester en Schepenen”

“25 jaar reeds staan ze klaar
een lange tijd wel ja voorwaar
om de lachers te behagen
en al de kniezers te verjagen”

En verder “de maatstaf van de Spatjes-speler is de Overleise volkstype, waar het ruzie-maken misschien verwant is met het bier-drinken, (wat inmiddels toch verdwenen is), maar vooral met de deugden, als daar zijn: samenhorigheid, hulpvaardigheid, liefde voor de evenmens en niet in het minst, zijn levensoptimisme onder alle omstandigheden.”

Tijdens de periode 1958 – 1966 hadden verschillende tekstschrijvers – Jan Verhenne, Hugo Verhenne, Eric Desramaults, André Vanhulle – hun medewerking verleend. De regie berustte ook in verschillende handen maar het enthousiasme was gebleven. Jonge spelers hadden de nodige ervaringen opgedaan, anderen waren natuurlijk ook getrouwd of verhuisd.

In 1966 tot 1970 wilden de Spatjes wel, maar… ze konden niet. Het parochiaal centrum kreeg een volledig nieuw gezicht. De huisjes van ’t Citeetje, waar de akteurs rond “’t stoveke” zaten of zich lieten grimeren, werden afgebroken. Overal hingen borden “werken” en “verboden het werk te betreden”.

Een nieuwe start zou niet lang op zich laten wachten, dank zij de onvermoeibare Carlos Verhenne, die, in samenwerking met Albert Lagaisse, beiden verantwoordelijk voor de ziekendienst van de KWB, in 1969 al, in de Spatjesrevue de mogelijkheden zagen om de “ziekenkas” van de nodige fondsen te voorzien.

Aldus spande de KWB zich voor de “Spatjeswagen” en nam de organisatie van de uitgebloeide KAJ over.

Antoon Bekaert werd nog eens aangesproken en schreef een revue “Mielke wint het grote lot” die mits enkele wijzigingen, gelet op de vernieuwing van de spelers, zaal en tijd, ten slotte de titel kreeg van “De Spatjes in expansie”. Voor de eerste maal in de Spatjesgeschiedenis kon “gemengd” gespeeld worden, wat natuurlijk onmiddellijk het succes in de hand zou werken. Jonge en meer geroutineerde actrices deden alle eer aan, aan hun talent en charme. Er was een nieuwe start en de “golden years” zouden aanbreken.
Ieder jaar werd een groter publiek bereikt en dat ook dank zij Frans Moerman, de nieuwe auteur,  die Overleie als zijn “broekzak” kende, en zo aan zijn talentvolle auteurscarrière begon.
Carlos Verhenne nam terug de regie ter hand en Pieter Lemaitre herschilderde het Spatjesdecor.


In 1977 bestaan “De Spatjes” 45 jaar en ze “zubileren” nog een keer …
Leire, Yvonne, Mielke, Mathilde, Ture, Mr. Victor, Jantje, Meris & Margrietje en de Paster met gans de Spatjesfamilie werden op het stadhuis ontvangen door de stadsmagistratuur. Tekstschrijver Frans Moerman ontving een ets van de Sint Maartenskerk en de regisseur Carlos Verhenne werd bedacht met de erkentelijkheidsmedaille van de stad Kortrijk.
In een lange sliert kwamen de +/- 120 Spatjes te voet terug naar Overleie om verder te vieren. Na de H. Mis werd aangezeten aan een feestmaaltijd.
In 1976, vanwege de steeds groter wordende belangstelling, worden de revues opgevoerd in het Sint Amandscollege en die stegen tot een uitzonderlijk aantal: 10. Met de opbrengst kan aldus menig, meestal verborgen leed wat verzacht worden. De Spatjesleus indachtig: één voor allen, en allen voor één doel: de minstbedeelden en zieken helpen, en ze een moment gezonde ontspanning bezorgen.

De spatjes trekken in 1982 nog eens te voet naar het stadhuis om hun “gouden zubilée” te vieren en de titel voor de revue is dan ook toepasselijk:  “DE SPATJES IN ‘T GOUD”
Ter gelegenheid van het 50 jarige bestaan schreef André Vanhulle de brochure “De Satjes in ’t Goud”.

Na jaren van regie, neemt in 1983 Mark Vanoutryve de regie over van Carlos Verhenne. In 1983 kiezen De Spatjes ook voor het eerst hun eigen bestuur. Roger Claeys wordt naast decor verantwoordelijke tevens de eerste voorzitter en dit samen met  Thérèse Toye schatbewaarder, Luc Vanoutryve secretaris, Cristine Debaeke, Maria Danneels, Gery Bruneel, Marc Vanoutryve en
EH Lambrecht als proost.

In 1986, neemt Gery Bruneel (Ture de facteur) het voorzitterschap over van Roger. Samen met Cecile Lecluyse (Yvonne)(ondervoorzitter), Luc Vanoutryve ( leire)(secretaris),  Thérès Toye (penningmeester), Patrick Vandorpe (vertegenwoordiger kwb),  Maria Daneels (vertegenwoordiger kav)en EH Lambrecht als proost vormen zij het bestuur. In de loop der jaren word Cecile vervangen door Thania Misschaert.

1992 – “De Spatjes hein d’er 60” en kunnen dus brouwen op een diamanten jubileum. De organisatie voor de fjeste tijdens de revue loipt ip piepende wielkes. In het echt krijgen De Spatjes een ontvangst op het Stadhuis van Kortrijk en worden ze letterlijk en figuurlijk in de bloemetjes gezet. Het wordt ook een afscheid aan auteur Frans Moerman die nog dit jaar samen de revue schreef met Gino Bruneel en nu volledig het roer in diens handen geeft.
1995 – De Spatjes spelen hun 63ste revue weer waar het allemaal ooit begon: Het Parochiecentrum St. Elooi aan het St. Amandsplein. “De Spatjes renoveren” is dus niet alleen de titel van de nieuwe revue want de Overleise toneelgroep renoveert zowel letterlijk als figuurlijk. De Pers werd opgetrommeld en alles werd eventjes uit de doeken gedaan. Er wordt namelijk vanaf nu gezorgd voor een betere accommodatie o.a. vestiaire, beter sanitair, aangename bar om te vertoeven tijdens de pauze alsook na de revue om onder vrienden lekker na te genieten van de gezonde ontspanning en…genummerde kaarten tot ieders tevredenheid! Gedaan dus met aanschuiven aan de poort en ‘vechten’ voor een mooi plaatsje.
2002: De Spatjes bestaan precies 70 jaar.
Door de opeenvolgende successen van de laatste jaren moesten ieder jaar kaarten geweigerd worden wegens uitverkocht. Het ging in opgaande lijn van 8 vertoningen naar 10, vervolgens naar 11, 12 en nu voor het eerst liefst 13 voorstellingen. Daar er telkens ongeveer (soms wat meer, soms wat minder) 300 man in de zaal zitten, bereiken De Spatjes niet minder dan 4000 mensen die de revue bewonderen. Een hart onder de riem voor de talrijke spelers die zich belangloos inzetten voor het goede doel. In september, eerste vergadering voor het speeljaar 2003, word er een bestuursverkiezingen gehouden. Veel zal er niet gestemd moeten worden, voor iedere functie is er maar één kandidaat. Het nieuwe bestuur bestaat uit: Kris Vanoutryve voorzitter, Annie Van Belle ondervoorzitter, Luc Vanoutryve secretaris, Thérèse Toye schatbewaarder, Christian Van Boeckxsel vertegenwoordiger kwb-kav, Wim Van Elslander, Gilva Vercampt, EH Patrick Degrieck proost, Gino Bruneel auteur, Mark Vanoutryve regisseur.
2003: Gezien de kav gestopt is per augustus 03 en kwb ophouden te bestaan op einde 03 moet er een nieuwe structuur gezocht worden voor De Spatjes, gezien zij een zelfstandig bestaan verkiezen. Dat heeft voor gevolg dat de bestaande statuten onder de kwb – kav vleugels wegvallen. Er moet dus gezocht worden naar een nieuw statuut waarbij zich twee opties aandienen: 1e een feitelijke vereniging 2e een vzw. Geopteerd wordt een “vzw De Spatjes” op te richten. Dat geeft natuurlijk tot gevolg dat er van dan af heel wat wetgeving moet nagevolgd worden.
2006: De spatjes zullen zorgen voor een monument op het Sint-Amandsplein gevolgd door een groots volksfeest op 1 mei 2006 want De Spatjes bestaan dit jaar liefst 75 jaar. Het programma is als volgt opgesteld: verwelkoming door de voorzitter - toespraak door diaken Dirk Vergote – onthulling door burgemeester Stefaan De Clerck – receptie opgeluisterd door “de guinesse biggetjes”.
Er word beroep gedaan op Luth  Van Calberg, alias Luche, die een monument ontwerpt en realiseert, “een hart, van de spatjes, voor de mensen van Overleie”. De sculptuur bestaat uit een hart in royal rouge (Belgische marmer) dat ligt op een croute van blauwsteen waarin de tekst (’t kloppend hart van Overleie draagt mensen door ’t leven) van Achilles Surinkx (Kortrijks dichter woonachtig op Overleie) gegrift staat en werd gekalligrafeerd door Annemie Goderis.
2007 is voor De Spatjes ook een scharnierjaar: in het bestuur zijn er wat verschuiving, Annie word vervangen door Patrick Vandorpe de proost valt weg en word niet vervangen maar nieuw zijn Ria Parmentier en Olga Notebaert, ook is er een wissel in de regie: Marc Vanoutryve (alias Jantje van de Gazettewinkel) zet een punt achter zijn carrière als regisseur. Hij blijft evenwel bij de ploeg als speler maar Wim Van Elslander (alias “Joris den boekhouder”) en Yves Vandevelde (Beirke den beinhouwer) nemen de regie op zich. (dit voor 2 jaar, in 2009 regisseert Wim alleen) .
In dat jaar namen ook enkele spilfiguren afscheid van het podium. Maar wat vooral plezier deed is dat zij nog steeds bij de groep wilden horen! De éne als hulp bij het bouwen van het decor, anderen als zaalverantwoordelijken, maar géén van allen wilden de sfeer en samenhorigheid van De Spatjes missen.
In 2010 wordt Marc Vanoutryve weer vanouds de regisseur. In 2011 werd het bestuur redelijk uitgedund Gino Bruneel neemt het voorzitterschap van Kris over, Patrick, Olga en Thérèse namen ontslag, maar wel kwamen in de plaats; Kyra Verougstraete (secretaris), Maud Vansteenkiste en Ria werd schatbewaarder. In 2013 neemt Wim Van Elslander de regie terug over van Marc om in 2015-16 en 17 even vervangen te worden door Kris Vanoutryve. Na de revue van 2017 zet Gino, na 26 maal de revue geschreven te hebben, “zijne stillo” aan de kant. Door Gino hebben de spatjes een ruimer publiek kunnen aantrekken, hij schreef zijn stukken niet zo Overleis gebonden meer als vroeger, de politiek werd wat ruimer genomen en de actualiteit kwam al wat van verder dan Overleie, zo konden de mensen die van verder kwamen ook de gezonde leute meebeleven.
Ook werd toen het bestuur hervormd en nam Hilde Callewaert de Fakel van Gino over als voorzitter, Kris Vanoutryve word ondervoorzitter, Belinda Van Balberghe secretaris, Annelies Maebe penningmeester, Gilva Vercampt staat in voor de kledij, Jurgen Laverge is bar verantwoordelijke en Jacques Desmet doet de public relations (en samen met Stefan Mahieu de decors)
2018: Luc Demiddele schrijft zijn eerste revue voor de spatjes
2019: Onze schrijver doet dit jaar de spatjes “nattehei voeln”. Luc schrijft zijn 2e stuk en maakt gretig gebruik van het nieuwe zwembad van Kortrijk. Alles loopt goed, de spelers jeunen ulder in hun rol; het decor komt in orde; de zaal staat klaar. Maar, de laatste repetitie week gaat in, de eersten spelers komen binnen: “ei’t gelezen; ei’t gezien de zwemkom a’s ofgebran. Lichte paniek, het decor “is” de cafetaria van het zwembad.
Maar de spatjes hebben al voor hetere vuren gestaan. De tekst word hier en daar wat aangepast en revue 2019 heeft het gehaald.
2020: Wat een afscheids jaar voor de oudste speler van de spatjes moest worden, onze Leire, word er een met een gemeen virus: covid 19 (en dit is geen spatjes titel). De spatjes zouden “brouwen ’n stikske” brengen. Alles verloop vlot, goede repetities, een decor van bloed zweet en ……nog zweet. Tot covid 19 de kop opsteekt.
Het circuleerde al wat rond, maar na de generale repetitie, op woensdag (de vrijdag is het de première) , wordt er de donderdag  beslist dat de vertoningen niet door zullen gaan. De gehele wereld zit in een pandemie. De spatjes moeten na 50 jaar terug een beurt overslaat, met spijt in het hart bij spelers en toeschouwers.
2023: Na het spelen van een Kerstpel in de maand december 2022 (een éénmalig heropnemen van een oude traditie) komen De Spatjes  terug met een  nieuwe revue: "De Spatjes eint an uldere frak". Omdat iedereen onzeker is of er na Covid terug veel interesse zal zijn voor onze revue wordt het aantal vertoningen beperkt tot 10. Maar dank zij de inzet van iedereen en de pen van Wim Van Elslander (auteur én regisseur) mogen we opnieuw een kleine 3.000 toeschouwers verwelkomen. Na drie moeilijke jaren zien we een opluchting bij alle medewerkers!